Wie in de negentiende eeuw een bloedtransfusie moest ondergaan, had een kans van één op drie dat hij die niet zou overleven. Het bestaan van bloedgroepen was in die tijd nog onbekend; patiënten ontvingen regelmatig bloed van een donor met een andere, niet-compatibele bloedgroep, waarna ze ernstige afweerreacties kregen en stierven. Sinds de ontdekking van de bloedgroepen- waaronder het ABo-systeem door Karl Landsteiner in 1901- is de kennis over bloed en bloedtransfusie spectaculair toegenomen. Er zijn meer dan honderd bloedgroepsystemen in kaart gebracht en de wijze waarop bloed wordt afgenomen, getest, bewaard en getransfundeerd wordt steeds verder geperfectioneerd.
Identiteit
Het risico dat een patiënt tegenwoordig bloed van een verkeerde bloedgroep ontvangt, is vrijwel nihil. 'Vrijwel', omdat het een menselijke handeling blijft om een zak bloed aan een infuus te hangen en toe te dienen. Maar het bloed is in ieder geval op alle denkbare manieren gecheckt. En de bloedgroep van de donor wordt bij iedere donatie opnieuw vastgesteld. Wanneer een donor bloed komt doneren bij Sanquin Bloedvoorziening, wordt als eerste zijn identiteit gecontroleerd. Hij krijgt een uniek nummer, een barcode, die bij elke stap in het afnameproces wordt geregistreerd en op alle bloedbuisjes en de bloedverpakking wordt bevestigd. De afnamemedewerkers scannen bovendien hun eigen ID-badge bij elke handeling. Zo kan altijd worden achterhaald wie wanneer welk bloed heeft gedoneerd, bij welke medewerker, en naar welke patiënt het is gegaan. Mocht er onverhoopt besmet bloed getransfundeerd zijn, dan kan heel snel uitgezocht worden aan wie, om verdere besmetting te voorkomen.
U moet ingelogd zijn om het gehele artikel te kunnen lezen.